221. Neem de wereld, geef mij Jezus.

Lied 221
1 Neem de wereld, geef mij Jezus,
wereld-vreugd’ gaat ras voorbij,
maar de liefde van mijn Heiland
blijft voor eeuwig rijk en vrij.
O, de hoogte, lengte, diepte
van zijn liefde, zonder peil,
o, de volheid van verlossing,
onderpand van ’t eeuwig heil.

2 Neem de wereld, geef mij Jezus,
want zijn troost is zalig, zoet;
Hij bewaart mij, geeft mij vrede;
dit is ‘t, wat mij juichen doet.
O, de hoogte, lengte, diepte
van zijn liefde, zonder peil,
o, de volheid van verlossing,
onderpand van ’t eeuwig heil.

3 Neem de wereld, geef mij Jezus,
want in Hem heb ‘k eeuwig licht.
En op ’s levens weg met Jezus,
blijft geen duisternis in ’t zicht.
O, de hoogte, lengte, diepte
van zijn liefde, zonder peil,
o, de volheid van verlossing,
onderpand van ’t eeuwig heil.

4 Neem de wereld, geef mij Jezus,
‘k weet, Hij stierf voor mij aan ’t kruis,
‘k dank Hem hier en ook voor eeuwig,
als ‘k Hem zie in ’t Vaderhuis.
O, de hoogte, lengte, diepte
van zijn liefde, zonder peil,
o, de volheid van verlossing,
onderpand van ’t eeuwig heil.