Lied 220
1 Beveel gerust uw wegen,
al wat u ’t harte deert,
der trouwe hoede en zegen
van Hem, die ’t al regeert;
die wolken, lucht en winden
wijst spoor en loop en baan,
zal ook wel wegen vinden,
waarlangs uw voet kan gaan.
2 Laat Hem besturen, waken:
’t is wijsheid, wat Hij doet,
zo zal Hij alles maken,
dat ge u verwond’ren moet,
als Hij, die alle macht heeft,
met wonderbaar beleid
geheel het werk volbracht heeft,
waarom gij thans nog schreit.