Wanneer werd het bloed van Christus vergoten?

Nog een andere, vaak gestelde vraag betreft het tijdstip waarop het bloed van Christus vergoten werd. Het is zeker niet zonder diepe betekenis, dat alleen de Heer Jezus Zelf erover spreekt, en wel bij de al instelling van het Avondmaal. Bij Mattheüs lezen we: ‘… dat voor velen vergoten wordt tot vergeving van de zonden’, bij Markus: ‘… dat voor velen vergoten wordt’, en bij Lukas: ‘… dat voor u vergoten wordt’ (Mattheüs 26:28; Markus 14:24; Lukas 22:20). [1]Zoals de Heer Zelf Zijn lichaam gegeven heeft (Lukas 22:19), zo heeft Hij ook Zelf Zijn bloed vergoten, door Zijn leven te geven (Mattheüs 20:28).

Daarbij komt nog één keer de algemene vaststelling: ‘Zonder bloedstorting is er geen vergeving’ (Hebreeën 9:22). Dat vers heeft betrekking op de oudtestamentische offers, die in de Hebreeënbrief als voorbeelden of afschaduwingen van het ene, volmaakte offer van Jezus Christus uitgelegd worden.

Ja, het kostbare bloed van Christus, van het Lam zonder smet en zonder vlek, werd vergoten, maar het was Zijn eigen, vrijwillige daad. Geen mens kon Hem het leven afnemen. ‘Niemand neemt het Mij af, maar Ik leg het uit Mijzelf af; Ik heb macht het af te leggen en heb macht het opnieuw te nemen’ (Johannes 10:17-18). Niet door de geseling, de doornenkroon en de spijkers, die Zijn handen en voeten doorboorden, werd Zijn bloed vergoten. Hoe verschrikkelijk de martelingen voor onze Heiland ook geweest moeten zijn, deze aangebrachte wonden werden veroorzaakt door kwade, zondige mensen. Hun gedrag getuigde van zonde en zeker niet van vergeving! Bovendien laat de Heilige Schrift er zich met geen enkel woord over uit of er bloed uit deze wonden stroomde.

Het zwaard van God moest ontwaken tegen de Man, Die Zijn Metgezel was, en de Herder slaan. Ja, Hij werd door de Heer ‘doorstoken’, verbrijzeld (Jesaja 53:10; Zacharia 13:7).
Juist op dit punt moeten we heel terughoudend zijn om het mysterie van de drie uur van de duisternis, van het lijden en sterven van de Heer Jezus te willen doorgronden. Toch mogen we zeggen dat het bloed van de Heer Jezus, dat immers symbolisch spreekt van de ziel en het leven, gevloeid heeft op het moment van Zijn dood aan het kruis – voor ons mensen onzichtbaar.

Jesaja mocht dit middelpunt van de totale wereldgeschiedenis al bekijken, toen hij beschreef hoe de Knecht van Jahweh ‘Zijn ziel uitgestort heeft in de dood’ en Zijn ziel het schuldoffer betaald heeft. Zijn bloed verscheen – figuurlijk gesproken – op hetzelfde moment op het verzoendeksel in het Heilige der Heiligen, dat wil zeggen voor het aangezicht van de Heilige God, toen Hij Zijn Geest in de handen van de Vader overgaf, nadat Hij uitgeroepen had: ‘Het is volbracht!’ (Jesaja 53:10,12; Lukas 23:46; Johannes 19:30).

Let op dat er in Hebreeën 9:11-12 niet staat dat Christus met Zijn eigen bloed in het heiligdom binnengegaan is, maar ‘door Zijn eigen bloed ‘ (vgl. 1 Johannes 5:6). Dit is van belang omdat het werk van de verlossing met zijn eeuwige, heerlijke gevolgen op het moment van de dood van de Heer aan het kruis volbracht was. En dat werd verzegeld door de opstanding op de derde dag (zie Romeinen 4:25; 1 Korinthe 15:3,17). Maar pas veertig dagen later ging Hij de hemel binnen om aan de rechterhand van God plaats te nemen (zie: Markus 16:19; Hebreeën 9:24).

A. Remmers

Dit artikel komt uit het boekje ‘Het kostbare bloed van Jezus Christus‘ en is verkrijgbaar bij de Stichting Uit het Woord der Waarheid.

Voetnoten

Voetnoten
1 Zoals de Heer Zelf Zijn lichaam gegeven heeft (Lukas 22:19), zo heeft Hij ook Zelf Zijn bloed vergoten, door Zijn leven te geven (Mattheüs 20:28).