Johannes 6 duidt niet op het Avondmaal

In grote delen van de Christenheid wordt het eten van het vlees en het drinken van het bloed van de Zoon des mensen uit Johannes 6 betrokken op de gedachtenismaaltijd. Een citaat mag dit verduidelijken: ‘Het beeld van het eten en drinken bereidt de latere instelling van het avondmaal voor’[1]Brockhaus-Kommentar zur Bibel, dl. 4, blz. 177.

De bestudeerde verzen dienen in de grote kerken als basis om van de maaltijd van de Heer een ‘sacrament’ te maken, dat wil zeggen een ‘religieus mysterie’. Daarom moeten brood en beker wel noodzakelijk zijn voor het heil; het zijn dan uiterlijke tekenen die, wanneer ze op een plechtige, voorgeschreven manier ‘uitgedeeld’ worden, ‘het heil in Christus’ overbrengen.

Als dit werkelijk het geval zou zijn, zou dat betekenen dat de deelname aan het Heilig Avondmaal, de voorwaarde voor het ontvangen van het eeuwige leven is (Johannes 6:51, 54, 57-58). Omgekeerd zou iedereen die niet aan het Avondmaal deelneemt, dan geen leven in zichzelf hebben (Johannes 6:53).

Ook het argument dat bij de deelname aan brood en beker, het vlees en het bloed van Christus symbolisch als het ware geestelijke voedsel genoten moet worden, gaat totaal aan de betekenis van de maaltijd van de Heer voorbij.

Wanneer wij de Schriftgedeelten onderzoeken die over deze maaltijd en de betekenis ervan spreken, vinden wij de volgende kenmerken:

  1. We doen het tot gedachtenis van onze overleden Heer (Lukas 22:19; 1 Korinthe 11:24 en 25).
  2. Door de deelname aan beker en brood brengen we de gemeenschap met het bloed en het lichaam van Christus tot uitdrukking (1 Korinthe 10:16; vgl. ‘alle’ in Mattheüs 26:27).
  3. We stellen door het gezamenlijk eten van het ene brood de eenheid van het Lichaam van Christus zichtbaar voor (1 Korinthe 10:17).
  4. Wij verkondigen in de wereld, die Hem verworpen heeft, de dood van onze Heer, tot Hij terug komt (1 Korinthe 11:26).

Voor de opvatting dat we door deelname aan deze maaltijd delen in het heil, in de verlossing, bevat Gods Woord niet de geringste aanwijzing. Het is een valse, misleidende leer.

Ons samenkomen als gelovigen om het brood te breken dient ertoe om in deze wereld iets tot eer en verheerlijking van onze Verlosser te doen, niet om geestelijk voedsel te ontvangen. Wij komen niet om iets te ontvangen, maar om te brengen! [2]In de deelname aan brood en beker kun je misschien nog wel een illustratie zien van hoe de deelnemers volgens Johannes 6 in het geloof geestelijk gezien ‘vlees en bloed’ van de Heer Jezus gegeten … Continue reading Ook het brood en de beker, die wij als het ware uit Zijn hand ontvangen, voeren onze gedachten en gevoelens naar Hem als Gestorvene. In het stille overdenken van Hem en Zijn liefde en overgave in de dood, mogen we als priesters bezig zijn met het eens en voor altijd gebrachte offer van het lichaam van Jezus Christus en Zijn kostbaar bloed. We mogen met vrijmoedigheid het heiligdom betreden en aanbidden. We mogen ons in Zijn en Gods aanwezigheid bevinden.

Het is een hoog en verheven voorrecht om Hem en de Vader onze aanbidding in Geest en waarheid te brengen. Dat is iets wat wij – in tegenstelling tot alle andere geestelijke bezigheden – niet alleen op de aarde, maar in volmaaktheid pas in de heerlijkheid van de hemel zullen uitoefenen.

De ziener Johannes mocht al lang geleden een blik in de hemel werpen, waar binnenkort (d.w.z. na de opname) de vierentwintig oudsten als symbolen van allen die Thuis gebracht zijn om de troon vergaderd zullen zijn, om in vreugdevolle sferen het Lam lofprijzing en aanbidding te brengen (Openbaring 5). Terwijl uit gouden schalen hun reukwerk – de gebeden van de heiligen die zich nog op de aarde bevinden – voor God opstijgt, klinkt uit hun mond, begeleid door de akkoorden van hun harpen, een nieuw lied: ‘U bent waardig het boek te nemen en zijn zegels te openen, want U bent geslacht en hebt voor God gekocht met Uw bloed, uit elk geslacht en taal en volk en natie, en hebt hen gemaakt tot koningen en tot priesters voor onze God; en zij zullen over de aarde heersen’ (Op. 5:9-10).

Wanneer dan de ontelbare menigten van engelen, ja, de hele schepping zullen instemmen in de lofprijzing van het Lam en de vier levende wezens door hun amen het zegel daarop drukken, dan vallen de vierentwintig oudsten neer in aanbidding. Want zij zijn ingewijd in het oneindig diepe mysterie van de verlossing. Dit is meer dan de lof van de schepping en het amen van de vier levende wezens. Het is de uitdrukking van gevoelens die alleen door Goddelijke verzoening kunnen worden bewerkt.

A. Remmers

Dit artikel komt uit het boekje ‘Het kostbare bloed van Jezus Christus‘ en is verkrijgbaar bij de Stichting Uit het Woord der Waarheid.

Voetnoten

Voetnoten
1 Brockhaus-Kommentar zur Bibel, dl. 4, blz. 177
2 In de deelname aan brood en beker kun je misschien nog wel een illustratie zien van hoe de deelnemers volgens Johannes 6 in het geloof geestelijk gezien ‘vlees en bloed’ van de Heer Jezus gegeten en gedronken hebben. Afgezien daarvan zullen wij altijd wanneer wij ons met Hem bezig houden, gezegend worden!