Effectieve vissers van mensen

Bij het begin van Zijn dienst zonderde de Heer twaalf mannen af die Hij in een speciale relatie tot Zichzelf bracht en die Hij riep om vissers van mensen te zijn. Maar na de Pinksterdag bleek heel duidelijk dat het Zijn wil was dat al Zijn volgelingen vissers van mensen zouden zijn en zielen zouden winnen. Hij roept nog steeds mannen en vrouwen om hen in een bijzondere verhouding tot Zichzelf te brengen en hen vissers van mensen te maken.

Maar in onze tijd zijn er in verband met het evangeliseren – dat de Heer zo belangrijk vond toen Hij begon met het redden van zielen – twee ernstige problemen. In de eerste plaats zijn zelfs veel ware gelovigen die zeker zijn van hun persoonlijke behoudenis, zich er niet van bewust dat het hun verantwoordelijkheid is om zielen te winnen. Men kan wel als een algemene waarheid erkennen dat zij die belijden de Heer te volgen, ook Zijn Woord moeten gehoorzamen, maar het is een heel ernstige zaak als we belijden Hem te volgen en dit in de praktijk van ons leven niet doen. Als we gehoorzaam zijn aan het Woord, is het dan mogelijk dat het winnen van zielen voor de Heer ons koud laat?

Voor Andreas, Petrus, Johannes en zelfs voor Levi betekende de roep ‘Volg Mij’ de overgang naar een ander leven. Ze moesten eigen belangen in de steek laten en een nieuw werk op zich nemen. Maar voor de meesten van ons betekent de roep ‘Volg Mij’ niet dat we onze netten moeten verlaten. Onze taak in verband met het winnen van zielen kan in de winkel of in de fabriek zijn waar we werken, of thuis of op school of ergens anders. Wij worden er alleen maar toe geroepen onze persoonlijke belangen op de tweede plaats te stellen ter wille van het nieuwe werk dat we te doen hebben, dat veel belangrijker is dan onze andere bezigheden.

In de tweede plaats wordt er veel minder tijd besteed aan gebed. De eerste Christenen maakten altijd van iedere gelegenheid gebruik om niet alleen persoonlijk maar ook gemeenschappelijk te bidden. Ze volhardden eendrachtig in het gebed (Hand. 1:14) en de Heilige Geest kwam op hen (Hand. 2:1-4). Petrus en Johannes gingen op naar de tempel omstreeks het uur van het gebed (Hand. 3:1). Toen Petrus door koning Herodes gevangengenomen was, kwam de gemeente samen om te bidden (Hand. 12:5). De gemeente in Antiochië bad toen Barnabas en Saulus werden uitgezonden voor hun zendingsreis (Hand. 13:2-3). En zo kunnen we doorgaan met voorbeelden uit de Handelingen die ons duidelijk maken dat het gemeenschappelijke gebed het geheim was van alle overwinningen bij het winnen van zielen. Maar veel Christenen vandaag zijn het slachtoffer van het onderwijs van valse profeten die zeggen dat het enige gebed dat nodig is, het gebed is dat de Heer in Mattheüs 6 aan Zijn discipelen leerde. Dat gebed was echter een voorbeeld voor de discipelen in die tijd, maar is niet bedoeld als een formule die we moeten nazeggen.

Missionary Gleanings