Lied 52
1 Waar is onze schuld gebleven?
Christus heeft voor ons geboet.
Onze vrijbrief, lang geschreven,
is verzegeld met zijn bloed.
Wij zijn leden
hier beneden
van ons hoofd, dat boven is.
Hij heeft ons de weg bereid
naar des hemels heerlijkheid.
2 Wie zal ons nog schuldig heten,
nu, met eer en heerlijkheid,
Jezus Christus is gezeten
op de troon, voor Hem bereid?
In Hem heilig,
zijn wij veilig.
Niets, dat van zijn liefde ons scheidt.
Nu het Lam zit op de troon,
rooft ons niemand onze kroon.
3 Wil ons, Heer, genadig leiden,
ons, uw duurgekochte schaar;
leer ons uwe hulp verbeiden,
tot U opzien in gevaar.
Is dan ’t leven
ook doorweven
van beproeving, strijd en nood –
eenmaal komt Ge in majesteit,
en schenkt ons uw heerlijkheid.