Wilt u verborgenheden begrijpen?
‘Hij heeft ons immers de verborgenheid van Zijn wil bekend gemaakt, naar Zijn welbehagen’ (Ef. 1:9).
Als iemand zegt: ik hoef geen verborgenheden te begrijpen, antwoord ik: u wilt niet weten wat God u wil leren. Hij geeft, in Zijn volmaakte goedheid, de troost van het heil en onthult vervolgens deze andere waarheden, ‘Hij heeft ons immers de verborgenheid van Zijn wil bekend gemaakt’. Dit duidt niet op iets wat we niet kunnen begrijpen, maar op iets wat we niet konden weten voordat God het ons vertelde.
Wend u niet af met de woorden: het enige wat ik wil weten, is dat ik behouden ben. We behoren ernaar te verlangen om alles te leren wat God Zich verwaardigt ons te onderwijzen. Het woord ‘verborgenheid’ betekent datgene wat God geheim wilde houden, iets wat Hij nog niet eerder geopenbaard heeft, maar wat heel begrijpelijk is wanneer het is onthuld. Het woord ‘mysterie’ dat in sommige Bijbelvertalingen wordt gebruikt, heeft in het gewone taalgebruik een heel andere betekenis dan in het Woord van God. Er zijn veel zeer wonderbaarlijke dingen in de profetieën, die toch geen mysteriën worden genoemd. Wat nu voor de eerste keer wordt onthuld, is de verborgenheid of het mysterie van Zijn wil. Er worden veel verborgenheden verklaard in het Nieuwe Testament, zoals die van het koninkrijk van de hemelen (Matth. 13:11). Ook Babylon wordt een verborgenheid genoemd (Openb. 17:5).
God heeft Zich voorgenomen ‘om alles wat in de hemelen en wat op de aarde is onder één hoofd tezamen te brengen in Christus’ (Ef. 1:10). Het is niet Zijn bedoeling dat de hemelen, zoals zij nu zijn, volledig gescheiden blijven van de aarde, maar Hij wenst een verenigd
systeem van hemelse en aardse heerlijkheid, alles onder Christus; dit is de verborgenheid van Zijn wil. Maar er is méér. Hij wil dat wij delen in de heerlijkheid van Christus. Er zijn twee belangrijke onderdelen in de verborgenheid van Zijn wil. Het eerste is Christus en het tweede is de Gemeente: ‘Deze verborgenheid is groot, maar ik zeg [dit] met het oog op Christus en de Gemeente’ (Ef. 5:32). Natuurlijk is niet ‘de Gemeente’ de verborgenheid, maar ‘Christus en de Gemeente’. De Gemeente is er slechts een ondergeschikt deel van, omdat zij behoort tot Christus, het hemelse Hoofd van alles.
W. Kelly