Het Bijbellezen

‘Laat het woord van Christus rijkelijk in u wonen; leert en vermaant elkaar’ (Kol. 3:16).

Persoonlijk
Voor de geestelijke ontwikkeling van een gelovige is het lezen van de Bijbel uitermate belangrijk. Het luisteren naar de woordverkondiging is daarvoor geen vervanging. En wil dit lezen ons nut brengen, dan moet het systematisch, met veel energie en volharding gebeuren. Verder moeten we het Woord van God biddend lezen. Laten we God voordat we beginnen te lezen vragen, of Hij ons Zijn gedachten duidelijk wil maken en wij ze met een opmerkzaam en gehoorzaam hart op willen nemen. Want Hij openbaart zich slechts in die mate, waarin we Hem gehoorzaam zijn. Daarom moeten we Hem na het lezen bidden of Hij ons bij de praktische verwerkelijking ervan wil helpen.

Het persoonlijk Bijbellezen heeft vooral onze individuele opbouw ten doel. Als we alleen zijn met God, dan horen we Zijn stem en laten we Zijn Woord in ons innerlijk indringen (Hebr. 4:12). Deze ontmoeting met Hem kunnen we het beste ’s morgens vroeg hebben (Spr. 6:22). Dan krijgen we kracht, aanwijzingen voor de weg die we moeten gaan en moed voor de nieuwe dag. Wat de keuze van het ‘te lezen’ gedeelte betreft kunnen we een schema volgen of aan de Heer vragen of Hij ons duidelijk wil maken, welk Bijbelboek voor ons op een bepaald moment geschikt is. Dat is ons “ontbijt”.

Een ander doel van het persoonlijk Bijbel lezen is de systematische studie van Gods Woord. Dan houden we ons bezig met een Bijbelboek of met een onderwerp uit de Bijbel. Dat doen we met behulp van beschouwingen, misschien ook een concordantie. Het is nuttig om daarbij aantekeningen te maken en de gedeelten die bijzonder belangrijk zijn, in de Bijbel te onderstrepen, als ook parallelplaatsen te noteren. Dat is ons ‘avondeten’.

Uiteindelijk is het heel nuttig om zoveel mogelijk fundamentele Bijbelteksten uit het hoofd te leren. ‘Ik heb Uw rede in mijn hart verborgen’ (Ps. 119:11). In de ‘lege’ ogenblikken van de dag (in de trein, in de wachtkamer van de tandarts enz.) kunnen wij de teksten die we geleerd hebben herhalen, zodat we hen goed inprenten.

Gezamenlijk
Het gezamenlijk Bijbellezen gebeurt met name in de gezinnen. Laten we erop letten dat we dat niet verzuimen. Als er kinderen zijn, dan lezen we bij voorkeur een Bijbelboek dat ook zij kunnen begrijpen. De toehoorders kunnen erbij betrokken worden doordat er vragen gesteld worden. Maar we moeten deze korte ‘godsdienstoefening’ niet te lang maken. Ter afsluiting kunnen we een lied zingen of een gebed uitspreken.

Bij de gemeentelijke Bijbelbesprekingen is het belangrijk, dat iedereen zich daarop voorbereid, ook degenen die er niet voor geroepen zijn om het Woord uit te leggen. Laten we tenminste het Bijbelgedeelte dat we gaan bespreken thuis eens doorlezen. De jongere broeders moeten niet aarzelen om vragen te stellen in de Bijbelbespreking. Vaak zijn zelfs onpassende vragen een aanleiding tot een nuttig onderwijs.

Voedsel en vreugde
Onze lichamen hebben voedsel nodig om te groeien. Daarom eten we ook met regelmatige tussenpozen. God zorgt door Zijn Woord voor onze geestelijke groei. Als we dit voedsel verwaarlozen, kwijnt de ziel weg, want ‘De mens zal van brood alleen niet leven, maar van alle woord dat door de mond van God uitgaat’ (Matth. 4:4). Hoe meer wij ons daarmee voeden, hoe meer wij het lief zullen krijgen. ‘Ik ben vrolijk over Uw toezegging, als een, die een grote buit vindt’. ‘Toen Uw woorden gevonden zijn, zo heb ik ze opgegeten, en Uw woord is mij geweest tot vreugde en tot blijdschap mijns harten’ (Ps. 119:162; Jer. 15:16).

Alle Schrift is van God ingegeven en nuttig om te leren, te weerleggen, te verbeteren en te onderwijzen in de gerechtigheid, opdat de mens Gods volkomen zij, tot alle goed werk ten volle toegerust’ (2 Tim. 3:16,17).

M. Tapernoux